De ontwikkeling van moderne gebouwen is geen proces dat zich in opleidingen laat voorschrijven. Daarbij worden we gedwongen om te anticiperen op wat nu belangrijk gevonden wordt, maar vooral ook wat in de toekomst verwacht wordt. Waar installaties vroeger ontwikkeld werden om het ontwerp van op temperatuur te houden, is het nu een onderdeel geworden in het complexe systeem “gebouw” dat een minimale impact heeft op de omgeving, gezondheid en totale energiebehoefte. Dit vraagt om een integrale benadering.
Er bestaan verschillende methodes om dit doel te bereiken. Het certificeren van een gebouw volgens een richtlijn is geen doel op zich, maar een middel om een doel te behalen. Een gecertificeerd gebouw is daarom ook niet per definitie een gezond gebouw. De methode die schuilgaat achter LEED, is gericht op het verkrijgen en delen van kennis over het realiseren van duurzame bouwwerken, bij voorkeur door middel van een integrerende ontwikkeling (de integratie moet doorlopend zijn). Wanneer iedere betrokkene bekend is met de gemeenschappelijke en individuele doelen is men ook in staat om elkaar tegemoet te komen, en daadwerkelijk tot een samenwerking te komen.
In de huidige markt ontstaan diverse trends waarbij de traditionele methodes voor het ontwikkelen en realiseren losgelaten worden. Dit vraagt om nieuwe wijzen van samenwerking in projecten (Nieuwe Business Modellen), waarbij de nadruk ligt op waardecreatie. Daarom is het voor het realiseren van systemen om te wonen, werken of verblijven noodzakelijk om van iedere betrokkene te begrijpen wat men beweegt. Hiervoor is een open structuur, werkwijze en bijdrage gewenst, waar het delen van kennis een sleutel (transactiewaarde) is. Dutch-GBA ziet de methode LEED als een instrumenten om waarde te creëren waarmee voor iedereen aansluiting te vinden is op de sterk veranderende markt.